De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) stelt dat de nieuwe gemeentelijke aanpak laaggeletterdheid die per 2020 is ingegaan, onder druk komt te staan omdat de minister van OCW de reguliere educatie-uitkering aan gemeenten vanaf 2019 met terugwerkende kracht niet wil indexeren.
Op 9 september ondertekenden minister Ingrid van Engelshoven (OCW) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) afspraken (pdf) over de vervolgaanpak laaggeletterdheid 2020-2024 (pdf). Voor de realisering hiervan ontvangen gemeenten met ingang van dit jaar extra geld: 5 miljoen euro in 2020, oplopend tot 7,3 miljoen euro in 2024. Het is de bedoeling dat gemeenten de extra financiën inzetten om de hulp aan laaggeletterden te intensiveren. Medewerkers van de gemeente worden bijvoorbeeld ingelicht over hoe zij signalen van laaggeletterdheid kunnen herkennen. Zo kunnen ze mensen sneller en doelgerichter helpen, bijvoorbeeld door iemand die aanklopt voor schuldhulpverlening indien nodig ook door te verwijzen naar een taalcursus. Ook is afgesproken dat gemeenten nog meer gaan samenwerken met organisaties en bedrijven waar de mensen komen die ze willen bereiken. Daarbij komt extra aandacht voor de doelgroep met Nederlands als eerste taal, zo stelde het ministerie van OCW in september in een persbericht. Uiteindelijk doel is dat er in alle gemeenten eind 2024 een integrale aanpak van laaggeletterdheid is gerealiseerd.
De VNG stelt nu echter dat deze nieuwe gemeentelijke aanpak laaggeletterdheid onder druk komt te staan doordat de reguliere educatie-uitkering aan gemeenten vanaf 2019 met terugwerkende kracht door de minister niet geïndexeerd wordt. De reguliere educatie-uitkering aan de gemeenten bedraagt 60 miljoen euro ‘Gevolg is dat de lokale overheden met een financiële achterstand van 1,8 miljoen euro aan deze nieuwe aanpak beginnen. De nieuwe aanpak laaggeletterdheid is er juist op gericht om meer laaggeletterden te bereiken. Een niet-geïndexeerde reguliere educatie-uitkering zorgt ervoor dat gemeenten minder activiteiten kunnen realiseren om laaggeletterdheid aan te pakken. Daarnaast is er geen index-garantie voor komende jaren,’ aldus de VNG.
Na de bestuurlijke afspraken is gebleken dat de minister van OCW de loon- en prijsindex 2019 van 1,8 miljoen euro op de reguliere uitkering structureel niet aan gemeenten wil verlenen. ‘Tijdens het bestuurlijk overleg met de VNG van 19 december bleef zij bij dit standpunt: zij besteedt het indexgeld liever aan andere noden op haar begroting zoals ICT en verkeerde ramingen,’ zo meldt de VNG, die eraan toevoegt: ‘De minister heeft evenmin aan ons een garantie gegeven dat zij in de periode 2020-2024 wel wil gaan indexeren. Dit werkt cumulatief negatief, waardoor het extra rijksgeld rond 2022 ongeveer gelijk is aan de niet-verleende index.’
Volgens de VNG hebben gemeenten nu twee mogelijkheden, die allebei schadelijk zijn voor het bereik van meer deelnemers; of ze betalen de hogere kosten voor de educatie-aanbieders vanwege hun loon- en prijsindex uit de extra rijksbijdrage van 5 miljoen (cq 7,3 miljoen) euro, waarmee de nieuwe aanpak ten behoeve van hoger bereik op de tocht komt te staan, of ze betalen die meerkosten uit hun reguliere educatie-uitkering, waardoor zij minder activiteiten kunnen bekostigen. Ook deze optie is negatief voor het bereik
Er ligt als uitvloeisel van de bestuurlijke afspraken van september 2019 een aantal onafhankelijke onderzoeken met voorstellen (pdf) voor monitoring, kwaliteit, doelgroepenanalyse en een landelijk expertisecentrum. Deze moeten de komende maanden nader uitgewerkt worden. ‘Er is afgesproken dat de indiening van de regionale programma’s laaggeletterdheid door de 35 contactgemeenten wordt verschoven naar 1 januari 2021. Wel is het de bedoeling dat zij rond 1 juli 2020 een stand van zaken aan het Rijk melden,’ aldus de VNG.