Tekst: Els Rademaker-Vos, gepensioneerd (leidinggevend) bibliothecaris bij de Overijsselse Bibliotheek Dienst en tot 2006 consulent voortgezet onderwijs. Vanaf 2017 geeft zij colleges over nepnieuws voor de BMO. Uitgebreidere informatie over de auteur staat onderaan het artikel.
Ja een onheilstijding. De bibliotheek verdwijnt. Wat nu?
Ik denk nog vaak aan het netwerk dat in Overijssel is opgebouwd na de Tweede Wereldoorlog. In elke dorp of plaats een bibliotheek. En natuurlijk in de steden maar daar was er al een. En in hele kleine kernen uitleenposten of bibliobus halteplaatsen. Mijn voorbeeld is nog steeds Haarle, een dorp in de gemeente Hellendoorn. In september 1970 kreeg ik daar de leiding over de bibliotheek. Op maandag middag en avond was de bibliotheek open. Om half vier ging de basisschool dicht en stormden driehonderd tot vierhonderd kinderen de bibliotheek in. En dan was het er een gekrioel van belang. Inleveren van de boeken en uitlenen. Allemaal handwerk. De statistieken maakte in mijn eigen tijd thuis. Ik had een fantastische administratieve medewerkster. Haar man was hoofd van de basisschool en hij stond heel erg open voor het met de kinderen praten over jeugdboeken. Dus kwam ik ook geregeld op de school om met iedereen over lezen te praten. En niet alleen praten maar ook met de boeken aan de gang gaan. Zo maakten wij naar aanleiding van het boek van Thea Beckman Met Korilu de grimmel rond korilu’s. We lazen alle boeken van An Rutgers van der Loeff-Basenau. Maakten daar besprekingen over en dat stuurde ik naar haar toe. Ik regelde een poppenkast. Het was altijd een feest. Met bijna geen geld, maar het lukte. En ik werd geïnspireerd door de dagen in Woudschoten waar we met jeugdbibliothecarissen bij elkaar kwamen in de herfst. En waar ook gerenommeerde jeugdboeken schrijvers waren uitgenodigd zoals Jean Dulieu en Paul Biegel. Ik heb er zeven jaar gewerkt en toen ik afscheid nam waren er mensen die huilden. Ja daar keek ik van op.
Haarle is vorig jaar onderwerp geweest in een uitzending van Nieuwsuur. Te weinig nieuwe woningen, de kerk is aan de eredienst onttrokken, waarschijnlijk gaat de school dicht, bibliotheek opgeheven en een supermarkt is ook een probleem. Als ik dat zie en hoor dan word ik niet vrolijk. Een dorp waar ik zulke goede herinneringen aan heb, zo leuk dat als ik er langs rijd met de trein of in de auto ik altijd wat emotioneel word, dat dorp dat heeft dan weinig toekomst. En dan zegt de gemeente: dus ook de bibliotheek heffen wij op. Ja dat vind ik iets om bij stil te staan. Want wat willen we met onze woonkernen?
Datzelfde speelt ook in de Noordwesthoek in Overijssel. Een prachtig gebied. Met veel natuur: water bijvoorbeeld. De Beulakker en Belter Wieden. Wie kent niet Giethoorn? Maar ook een plaats als Sint Jansklooster. Bekend van de Elfstedentocht winnaar Evert van Benthem. Maar ook Blokzijl, Vollenhove, Steenwijkerwold, Nederland en Muggenbeet. Hasselt, Zwartsluis. Hier waren overal bibliotheken en uitleenposten. Een groot deel is wegbezuinigd. Of er is ergens een boekenkast. Dan ga je maar naar Steenwijk. Dat lijkt eenvoudig. Maar je moet wel vervoer hebben en dat is een probleem. Openbaar vervoer is er heel sporadisch. Ik heb een jaar de leiding gehad over de bibliotheek van Giethoorn. Ik zie nog steeds meneer Groen voor me, die elke donderdag bij mij in de lijnbus stapte. En die al veel had gelezen. Maar ik kon toch nog elke keer een nieuw boek voor hem meenemen. Hij was zo blij. Het was voor hem ook elke donderdag een uitje. Ik vraag me dan af: hoe kan het dat er toen wel overal bibliotheken en uitleenposten waren met in de bibliotheken HBO opgeleide bibliothecarissen en dat dat nu niet meer kan. Terwijl we elke dag opgeschikt worden dat er zo weinig nog wordt gelezen. En dat dat grote gevolgen heeft.
Ergens begin deze eeuw is er een rapport verschenen waarin de gevolgen van deze ontwikkeling werd beschreven. Laaggeletterdheid en ontlezing brengen economische schade toe aan Nederland. En we horen dagelijks de rampberichten hierover. Al dat wegbezuinigen van belangrijke voorzieningen als bibliotheken, scholen. Het gebrek aan woningen of het opheffen van een supermarkt maken ook dorpen onleefbaar.
Ik lees wel op diverse plekken dat er samenwerkingsverbanden ontstaan tussen bibliotheken en scholen bijvoorbeeld. Dat is heel mooi. En daar word ik ook blij van. Maar gemeenten moeten ook oog hebben voor het in stand houden van belangrijke voorzieningen. Want wat je weggooit: een bibliotheek bijvoorbeeld, krijg je heel moeilijk weer terug. Een collectie is niet zo maar op te bouwen. Gemeenten zeggen: we krijgen te weinig geld. Dat is ook zo vanwege de decentralisatie. Ik prijs het werk van bibliotheek directeuren/bestuurders om toch de gemeentebesturen te bewegen niet over te gaan tot bezuinigingen. Ik ken er wel een paar. Zij doen geweldig werk.
Wat ik zou willen: laten we goed nadenken over welk beleid er gevoerd moet worden. Dat is een mooie opgave van het nieuwe kabinet en natuurlijk volgend jaar als er weer gemeenteverkiezingen zijn.
Over Els Rademaker-Vos:
Gepensioneerd bibliothecaris bij de Overijsselse Bibliotheek Dienst. Leidinggegeven aan diverse bibliotheken in Overijssel, daarna verantwoordelijk voor de trefwoordencatalogus. Collectie adviezen. Vanaf 1992 tot 2006 Consulent Voortgezet Onderwijs. Redacteur Dossier Kennis en media. Vanaf 2017 geven van colleges over nepnieuws en lid van de vereniging van mensen die in schoolbibliotheken werken (BMO)