In opdracht van de Vereniging van Openbare Bibliotheken (VOB) en de Koninklijke Bibliotheek (KB) heeft Cubiss een inventarisatie gemaakt van specialistische kennis op het vlak van de ‘klassieke bibliotheek’ die mogelijk uit de sector dreigt te verdwijnen. Dit onderzoek zal wordt gebruikt bij het vormgeven van het curriculum voor het opleiden van bibliotheekmedewerkers.Aanleiding voor het onderzoek, getiteld Inventarisatie klassieke bibliotheekkennis (pdf), is het feit dat met het vertrek van een groot aantal klassiek geschoolde bibliothecarissen vanwege het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd specialistische kennis op het vlak van de klassieke bibliotheek dreigt te verdwijnen uit de sector. ‘Dit baart de sector zorgen en daarom hebben de Vereniging van Openbare Bibliotheken (VOB) en Koninklijke Bibliotheek (KB) Cubiss gevraagd te inventariseren wat men verstaat onder ‘’klassieke’’ vakspecifieke kennis en eventueel vakspecifieke vaardigheden,’ zo valt te lezen in de inleiding bij het inventarisatierapport, dat gebaseerd is op een beperkte literatuurstudie en op een kwalitatief onderzoek onder een brede groep medewerkers uit de sector.
In het kader van het onderzoek is met name gefocust op drie vragen:
- Wat wordt verstaan onder ‘klassieke’ vakspecifieke bibliotheekkennis?
- Op welke wijze zal deze ‘klassieke’ bibliotheekkennis de komende jaren transformeren?
- Welke kennis en vaardigheden van huidige medewerkers (met een bibliotheekopleiding als achtergrond) mogen niet verloren gaan voor de sector?
In het geval van klassieke bibliotheekkennis gaat het vooral over de collectieopbouw en over de ontsluiting van de collectie (als belangrijkste competentie wordt in dit verband het hebben van extreem goede zoekvaardigheden genoemd, maar daarnaast ook kritisch vermogen, de vaardigheid van het organiseren van inhoudelijke kennis en het vermogen tot contextualisering). Verder worden soft skills als didactische vaardigheden en interviewtechnieken gezien als essentiële kennis voor bibliotheekmedewerkers en worden enkele terreinen genoemd die gezien worden als basiskennis over de sector, zoals de bibliotheekgeschiedenis, kennis van de boekenbranche en de boekenmarkt als geheel, brede algemene kennis en het kunnen opbouwen en benutten van netwerken.
Met betrekking tot de transformatie van de ‘klassieke bibliotheek’ zegt het onderzoek dat de nadruk in de toekomst minder zal liggen op het verzamelen van informatie en juist meer op het ontsluiten, samenbrengen en duiden van informatie. ‘Ook zien de respondenten de komende jaren binnen de sector een verder gaande centralisering ontstaan rondom het opbouwen en onderhouden van de bibliotheek collectie (fysiek en digitaal samen). De lokale bibliotheek zal echter steeds vaker ook buiten haar fysieke gebouw treden om als samenwerkingspartner te dienen voor allerlei maatschappelijke instellingen en bij projecten. De rol van de collectie bij dergelijke samenwerkingsprojecten zal in de toekomst meer volgend zijn en gericht op het specifieke thema van de samenwerking,’ aldus het rapport.
Het onderzoek concludeert dat het vak van de klassieke bibliothecaris zeker niet uit de tijd is. ‘De collectie, fysiek en digitaal samen, blijft een belangrijke pijler van het bibliotheekwerk en dat betekent dat veel traditionele competenties rondom collectioneren en informatieverwerking – en ontsluiting ook voor de toekomst relevant blijven. Wel zal de nadruk in de toekomst minder liggen op het verzamelen van informatie, maar juist meer op het ontsluiten en samenbrengen van informatie. Ook duiding wordt steeds belangrijker. (…) Het maken van de verbinding tussen maatschappelijke thema’s en de collectie vormt een belangrijke taak voor bibliotheken. Het uitgangspunt is dan het thema en niet langer de collectie zelf. Ook is er een duidelijke trend dat de bibliotheek steeds vaker participeert in (lokale) communities en samenwerkingsverbanden. Ook hierbij blijft de collectie een essentieel onderdeel van de samenwerking. Goede bronnenkennis en kritische zoekvaardigheden zijn ook daarbij essentieel,’ aldus het rapport.
Het leidt tot een lijst noodzakelijk geachte competenties die is samengebracht in onderstaande figuur.
Het rapport eindigt met enkele ‘bespreekpunten voor de toekomst’ op basis van de uitkomsten van de gesprekken. Daaruit blijkt dat er wel behoefte bestaat aan een of andere vorm van opleiding om de genoemde kennis en competenties binnen de sector te behouden en mogelijk te versterken. De meeste respondenten achten een universitaire opleiding voor de bibliotheek niet haalbaar in Nederland en ook een volwaardige HBO-opleiding wordt door de meesten niet reëel geacht, zo stelt het rapport. ‘Toch vinden de meeste respondenten het wel degelijk nodig dat mensen op HBO+ niveau worden opgeleid voor de sector. Zij zien mogelijkheden in samenwerking met opleidingen die veel raakvlakken hebben, zoals journalistiek, PABO en Cultureel maatschappelijke vorming.’ Ook wordt een oplossing gezien in het opzetten van een modulair aanbod. De recent opgerichte Bibliotheek Campus kan daarvoor als een potentieel platform functioneren.
De VOB stelt samen met SPN, SBW en de KB te werken aan een landelijke HR-strategie in het kader waarvan het onderzoek zal worden gebruikt bij het vormgeven van het curriculum voor het opleiden van bibliotheekmedewerkers.
Photo by Anna Hunko on Unsplash