Ter gelegenheid van de internationale Dag van de Rechten van het Kind, die vandaag plaatsvindt, komt Stichting Lezen met een publicatie over voorleesprojecten voor vluchtelingenkinderen. Het rapport onderzoekt hoe verhalen kunnen worden ingezet om de psychosociale gezondheid van deze kinderen te versterken.
In de Nederlandse asielzoekerscentra wonen op dit moment meer dan 5000 kinderen onder de 12 jaar. Deze kinderen hebben vaak veel meegemaakt en lopen daardoor een verhoogd risico op het ontwikkelen van psychosociale problemen. (Voor)lezen en activiteiten rond boeken en verhalen kunnen mogelijk de veerkracht en het psychosociaal welbevinden van vluchtelingenkinderen versterken. ‘Verhalen kunnen troost, herkenning en inzicht bieden. Lezen over de innerlijke beleving van een personage kan een kind grip geven op de eigen emoties en deze leren verwoorden. En misschien wel het allerbelangrijkste: lezen kan plezier, afleiding en ontspanning bieden en de nodige afstand geven tot de werkelijkheid,’ aldus Stichting Lezen.
In het rapport Voorleesprojecten voor vluchtelingenkinderen: hoe kan de kracht van verhalen worden ingezet om de psychosociale gezondheid te versterken? (pdf) worden resultaten uit wetenschappelijk onderzoek naar bibliotherapie, preventieve culturele interventies en de invloed van traumatische ervaringen en stress op het kinderbrein met elkaar verbonden. Daarnaast is een inventarisatie gemaakt van kennis en ervaring uit de praktijk.
Bij creatieve bibliotherapie worden fictieve verhalen ingezet als behandeling of preventie van psychosociale problemen of als hulp bij persoonlijke of sociaal-emotionele uitdagingen.
Uit het rapport blijkt onder andere dat deze vorm van therapie, waarbij voorlees- en boekactiviteiten worden ingezet, voor kinderen die traumatische ervaringen hebben meegemaakt, verschillende positieve effecten kan hebben. Zo kregen kinderen er onder andere meer zelfvertrouwen door en lieten ze betere copingvaardigheden en een positieve gedragsverandering zien. Ook waren ze beter in staat zich te uiten en om hulp van volwassenen te vragen. Met name het plezier en de afleiding die (voor)lezen bieden en de fijne interactie met de voorlezer zijn voor kinderen waardevol, aldus Marloes Robijn, de auteur van het rapport.
Voorlees- en boekactiviteiten hebben dus de potentie ‘een waardevolle preventieve interventie te zijn om de veerkracht en positieve gezondheid van vluchtelingenkinderen te versterken’, aldus Robijn, met inachtneming van enkele voorwaarden: een structureel aanbod; een gedegen organisatie, boekkeuze en begeleiding; en de beschikbaarheid van boeken in de eigen taal van de kinderen.
De publicatie biedt verder een eerste inventarisatie van de beschikbare projecten en er worden tevens ervaringen uit de praktijk gedeeld. Er wordt daarbij ook ingezoomd op de mogelijke drempels voor de uitvoering van dit soort projecten én op de elementen die deze juist tot een succes maken. Het rapport gaat hierbij onder andere ook in op projecten vanuit bibliotheken, zoals ThuisTaal en Praatjesmakers.