Blog: De tuinen van Buitenzorg

Tekst: Wim Keizer, voormalig ambtelijk secretaris SOOB NH, BOZH en SPN en auteur boek Twintig jaar bibliotheekvernieuwing

Na mijn vorige blog over Revolusi van David van Reybrouck blijf ik nog even in Indonesië. Meteen na Revolusi las ik het boek De tuinen van Buitenzorg van Jan Brokken. De botanische tuin in Bogor (Kebun Raya Bogor) is een toeristische trekpleister, voortgekomen uit wat eens ’s Lands Plantentuin te Buitenzorg was. Er is nog een oude Nederlandse begraafplaats en op een foto in het vakantiealbum dat we maakten van onze reis op Java en Bali in 1989 zag ik een grafsteen op het graf van een doodgeboren kind met de tekst:

‘Verydeld werd in ’t uur van smart
De zoete hoop van ’t moederhart
Het knopje dat ontsloot zich niet
Het graf ontving ’t geknakte riet’

Buitenzorg 25 september 1834

Van Jan Brokken las ik met genoegen Baltische Zielen, De vergelding en Stedevaart. Ook De tuinen van Buitenzorg is zeer de moeite waard. Het is het verhaal over zijn ouders Olga en Han die in hun jonge jaren naar Nederlands-Indië gingen (1935) en dachten daar goed werk te verrichten. Na de oorlog keerden ze met hun twee zonen Boris en Michiel in 1947 terug naar Nederland. Zoon Jan is van 1949.

Na het beluisteren van het muziekstuk ‘De tuinen van Buitenzorg’ van Leopold Godowsky verdiept Brokken zich in de brieven die Olga vanuit Buitenzorg en Makassar naar haar zuster Nora had gestuurd en verweeft hij het verhaal van Olga met eigen beschouwingen. Han is theoloog en doet onderzoek naar de achtergronden van een bekeringsgeschiedenis op het eiland Saleier (Selayar) ten zuiden van Celebes (Sulawesi) en op Celebes zelf. Olga verdiept zich bij haar leermeester Anton Cense in moeilijke talen zoals Makassaars en Boeginees en is Han daardoor zeer behulpzaam bij zijn onderzoek. ‘Mijn ouders geloofden dat ze een beschavingsmissie hadden te vervullen in een uithoek van de Indische archipel. Ze deden het uit overtuiging: in hun bagage ging een hoop idealisme mee, ofschoon ze zich in Buitenzorg al een tikkeltje ongerust afvroegen hoe het allemaal zou uitpakken.’ Dat het ook voor mensen die met de beste bedoelingen bezield waren, maar naïef voor wat betreft het doorzien van koloniale verhoudingen, niet goed uitpakte, blijkt natuurlijk pas veel later in het boek. Olga en Han beleven veel geluksmomenten, maar een omslag komt als Olga eerst niet zwanger kan worden. Nadat het wel gelukt is, bevalt ze van Noortje, die als gevolg van een dom uitgevoerde tangverlossing na drie dagen overlijdt (februari 1938). Brokken schrijft: ‘Mijn moeder is nooit bij machte geweest om me iets over de dood van haar eerste kind te vertellen.’ Na Noortje, volgen twee wel goed verlopen bevallingen: Boris (1939) en Michiel (1940).

Zoals zovelen, kwamen Han en Olga (met de kinderen) na de inval van de Japanners (maart 1942) in verschillende jappenkampen terecht. Toen Olga met andere vrouwen en kinderen door Japanners in een vrachtauto werd afgevoerd, bekogelden Makassaarse en Boegineze vrouwen hen met stenen. ‘Olga vond het erger dan de straffen en de vernederingen van de jappen. De kampcommandant en de bewakers behoorden tot de vijand, zij spraken en blaften in een haar onbekende taal. (…). Met de Makassaren en de Boeginezen was het anders. Niemand had hun opgedragen stenen te gooien, niemand had hen opgehitst, tenminste dat kon zij zich niet voorstellen. Misschien was het als een pesterijtje begonnen maar opeens was het menens geweest. Steentjes, stenen met scherpe randen. Ze vroeg zich de rest van haar leven af wat ze fout had gedaan.’

Ik heb een hoop opgestoken van De tuinen van Buitenzorg en noem hier personen uit het boek over wie ik meer vond in de Wikipedia of elders op internet: Paul Seelig, Hendrik Kraemer, Nicolaas Adriani, Caspar Georg Carl Reinwardt, Katharina Diehm Winzenhöler en Sjaich Jusuf (Sheikh Yusuf).

De namen Petta Barang en La Galiti uit het bekeringsverhaal (waarin moslims christenen werden) waar Han zijn studie naar deed kon ik afzonderlijk niet vinden, maar staan wel vermeld in dit essay van Chris de Jong, met enkele voetnoten naar publicaties van Han (J.C.) Brokken.

Dit is de vierde column van 2021 over lezen, ‘Enthousiast’. De derde staat hier. Daarin wordt gelinkt naar de eerste twee.

In de laatste van vorig jaar wordt gelinkt naar de in 2020 verschenen columns.

Geef een reactie
Gerelateerde berichten