Gepassioneerde discussies over staat van bibliotheekstelsel in Mauritshuis

Op initiatief van Wieb Broekhuijsen, directeur-bestuurder van de Bibliotheek West-Achterhoek, en de Vereniging van Openbare Bibliotheken (VOB) vond op vrijdag 24 januari in het Haagse Mauritshuis een bijeenkomst plaats waar bibliotheekdirecteuren en wethouders samenkwamen om in discussie te gaan over de vermaatschappelijking van de bibliotheek. Aanwezig waren verder ook politiek verslaggever Wouke van Scherrenburg, Mariëtte Hamer, voorzitter van de Sociaal-Economische Raad (SER), Salima Belhaj, Tweede Kamerlid namens D66, Piet Boogert, cultureel ambassadeur van Amsterdam, PvdA-fractievoorzitter Lodewijk Asscher en Volkskrant-columnist Sheila Sitalsing.Wie op vrijdagmiddag 24 januari de gladde stenen trap van het Mauritshuis afdaalt, wordt daar direct opgewacht door een grote banner waarop het logo van de Vereniging van Openbare Bibliotheken prijkt. Het moderne oranje en wit vormt een scherp contrast met de schilderkunst die dit museum voor zeventiende-eeuwse kunst tentoonstelt. Iedere genodigde wordt begeleid naar de glazen lift, die de deelnemers naar de tweede verdieping van het museum brengt.


Daar vindt deze middag het symposium ‘De bieb in actie’ plaats. Op initiatief van Wieb Broekhuijsen, directeur-bestuurder van de Bibliotheek West-Achterhoek, komen hier bibliotheekdirecteuren en wethouders samen om in discussie te gaan over de vermaatschappelijking van de bibliotheek. Want hoe kan enerzijds het belang van lokale bibliotheken zo buiten kijf staan, terwijl anderzijds bibliotheekvoorzieningen op steeds meer plaatsen onder druk komen te staan?Onder leiding van politiek verslaggever Wouke van Scherrenburg laten onder meer Mariëtte Hamer, voorzitter van de Sociaal-Economische Raad (SER), Salima Belhaj, Tweede Kamerlid namens D66, Piet Boogert, cultureel ambassadeur van Amsterdam, PvdA-fractievoorzitter Lodewijk Asscher en Volkskrant-columnist Sheila Sitalsing van zich horen. 

Onder leiding van politiek verslaggever Wouke van Scherrenburg laten onder meer Mariëtte Hamer, voorzitter van de Sociaal-Economische Raad (SER), Salima Belhaj, Tweede Kamerlid namens D66, Piet Boogert, cultureel ambassadeur van Amsterdam, PvdA-fractievoorzitter Lodewijk Asscher en Volkskrant-columnist Sheila Sitalsing van zich horen.


Mariëtte Hamer ziet een grote toekomst voor de openbare bibliotheek in haar veranderende rol. Al in haar vroege loopbaan, toen zij werkzaam was bij verschillende maatschappelijke instellingen, zag zij de vraag naar een laagdrempelige plek waar mensen terechtkunnen met al hun behoeften: aan boeken, aan kennis en informatie, aan een baan, een cursus of een opleiding. Die verschillende functies komen vandaag de dag samen in de bibliotheek. In deze tijd is het met name het groeiende belang van digitale vaardigheden dat een hulpvraag veroorzaakt.
‘We moeten geen actie voeren voor de bibliotheek in haar oude vorm, maar voor de maatschappelijke functies van deze instelling,’ besluit Hamer. ‘En we moeten de overheid op alle niveaus helpen die waarde in te zien.’
Die mening wordt gedeeld door Salima Belhaj, die de openbare bibliotheek in haar portefeuille heeft. ‘Tijdens mijn eerste werkbezoek als Tweede Kamerlid ging ik langs bij de bibliotheek in Lelystad,’ vertelt ze. ‘Daar kwam een man, werd mij verteld, die elke dag aan de leestafel in de bibliotheek te vinden was. Hij las er de krant, dachten ze. Totdat ze erachter kwamen dat de man niet kon lezen. Dat was voor mij een eyeopener: zo breed is de functie van de bibliotheek. Deze man was zelfs bereid om een toneelstukje op te voeren, als hij maar op die warme, verwelkomende plek mocht zijn. De bibliotheek heeft een immens belangrijke rol in de samenleving, die helaas nog niet voor iedereen zichtbaar is.’
Van links tot rechts moet de bibliotheek als prioriteit worden aangemerkt, betoogt Belhaj. ‘De winst van de bibliotheek is niet altijd in cijfers uit te drukken. Geestelijke armoede, zoals van die meneer als hij niet meer aan die leestafel zou kunnen zitten, is ook armoede.’


Ook Sheila Sitalsing wijst in de column die ze voordraagt op het belang van het gastvrije karakter van de bibliotheek. Ze roemt de bibliotheek als plek waar alles gratis is en ‘waar niemand je gek aankijkt als je nog wat langer blijft’. De bibliotheek is een van de laatste voorzieningen waar je niet wordt gedwongen tot consumptie, stelt ze. Ze valt dan ook Toine Heijmans bij, die eerder in de Volkskrant schreef over de sluiting van een aantal kleine bibliotheken in het noorden van het land, en zich daarbij hardop afvroeg waarom een rijk land als Nederland basisinstellingen als de bibliotheek sluit.
Piet Boogert zit met dezelfde vraag. Hij vergelijkt de bibliotheek met zijn eigen Lloyd Hotel, waar hij hetzelfde predikt: een ontmoetingsplek waar iedereen welkom is. ‘In een tijd waarin de roep om sociale cohesie zo luid is, sluiten we honderden bibliotheken. Ik vind dat ongehoord,’ besluit hij.

Hekkensluiter Lodewijk Asscher, die met de motie-Asscher zorgde voor een landelijke injectie in het bibliotheekstelsel, toont zich positief. ‘Waar bibliotheken heropend worden, loopt het dorp uit. Deze plekken hebben het gevoel dat naar ze omgekeken wordt, dat ze een toekomst hebben. We schieten onszelf in de voet als we bibliotheken zo massaal hun deuren laten sluiten, want eenmaal dicht krijg je ze veel moeilijker weer open.’
In zijn ogen zijn er ‘tientallen miljarden’ vrij die voor nieuwe ideeën kunnen worden ingezet – dit geld moet alleen de weg vinden naar de bibliotheek. ‘Bibliotheken hebben fantastische nieuwe initiatieven. Ze zijn alleen te bescheiden. Alleen zo kunnen de financiële middelen en de plekken waar deze nodig zijn elkaar vinden.’
Met de verbreding van de verschillende functies die de bibliotheek bekleedt, ontstaat ook de mogelijkheid een breder scala aan potjes aan te schrijven, is zijn idee. ‘Momenteel pakt de bibliotheek een veel breder pakket aan taken op, maar blijft de financiering op hetzelfde niveau. Dat is natuurlijk scheef.’ 


Op Asschers betoog ontstaat echter kritiek. Zo verzet Gert Staal, directeur-bestuurder van Bibliotheek Lek & IJssel, zich tegen het idee dat tijdelijke stimuleringsfondsen, zoals ook voortgekomen uit de motie-Asscher, een structurele oplossing kunnen bieden. Enkele andere directeuren vallen hem bij, en pleiten voor een vastgesteld bedrag dat gemeenten per hoofd van de bevolking verplicht zouden moeten zijn aan de bibliotheek te besteden, zoals dat momenteel bijvoorbeeld ook het geval is bij radio en televisie.
Ook voelen sommige aanwezige wethouders de behoefte zich te verdedigen tegen de impliciete kritiek dat zij de deuren van bibliotheken laten sluiten, terwijl deze plek van vitaal belang is voor het welzijn in een dorp of stad. ‘We halen er geen plezier uit te bezuinigen op bibliotheekwerk,’ stelt een Voorschotense VVD-wethouder. ‘Maar als we keer op keer worden gekort en de begroting al compleet hebben uitgekleed, weten we op een gegeven moment gewoonweg niet meer waar we het vandaan moeten halen. Daar komt bij dat de financiële toelagen vanuit het Rijk enorm schommelen: het ene moment krijgen we meer, het volgende moment weer minder. Bibliotheken kunnen hun personeel moeilijk eerst aannemen om het het jaar daarop weer te ontslaan.’
Paul Broekhoff, directeur van Bibliotheek Den Haag, beaamt dat. ‘Ik kreeg dit jaar de dag voor kerst een mailtje waarin me werd medegedeeld hoe het er vanaf 1 januari voor zou komen te staan. Sommige van mijn budgetten waren gehalveerd. Met een dergelijke onzekere financiële situatie valt er voor de langere termijn nauwelijks een programma in elkaar te steken. Meerjarenplannen zouden ons helpen vooruit te kijken, zodat we ook als bibliotheek weten waar we aan toe zijn.’
Daarnaast uit hij onbegrip voor de discrepantie tussen de wensen van de gemeente en de financiële middelen die daarvoor beschikbaar zijn. ‘We openen binnenkort een nieuwe vestiging hier in Den Haag, waar op verzoek van de gemeente allerlei hulploketten te vinden zijn. Maar wordt er financieel bijgesprongen? Nee, we betalen dit grotendeels uit eigen zak.’
Wat aanvankelijk nog beperkt lijkt te blijven tot een timide gezamenlijk pleidooi voor het belang van de openbare bibliotheek, mondt zo toch uit in een verhitte discussie. Zo beweert een Castricumse wethouder dat sommige taken momenteel dubbel worden vervuld – door de bibliotheek én door andere instellingen. ‘Zo ontstaat kannibalisme: we zitten elkaar in de weg in plaats van elkaar op te zoeken.’
Erna Winters, directeur van Bibliotheek Kennemerland, waaronder Castricum valt, staat op om hem te corrigeren. ‘De bibliotheek vervult die maatschappelijke taken júíst in samenwerking met deze instellingen,’ werpt ze tegen. ‘We zitten iedere week met elkaar aan tafel.’
Verder kampt de bibliotheek nog steeds met een imagoprobleem, beweert Robin Verleisdonk, kersverse directeur van Bibliotheek Helmond-Peel: ‘In de krappe vijf maanden dat ik nu op deze plek zit, is me duidelijk geworden dat bibliotheken hun verhaal nog lang niet altijd op orde hebben. De stoffigheid moet eraf. We moeten af van die bescheidenheid.’ Hij kan rekenen op instemmend geknik.

Zo wordt duidelijk welke onderhuidse discussies tegelijk met dit debat worden gevoerd. Welke verdienmodellen werken het beste om de bibliotheek draaiende te houden? Welke verschillende functies moet de bibliotheek wel of juist niet op zich nemen? Aan wie is het om promotie te maken voor die verschillende functies? En wat is nu en in de toekomst de kerntaak van de bibliotheek?
Volgens Mariëtte Hamer is de bibliotheek zich op allerlei terreinen aan het ontwikkelen om actuele uitdagingen aan te pakken, zoals laaggeletterdheid, het verwerven van digitale vaardigheden, werk zoeken en vinden, leesbevordering, enzovoort. ‘Daar past de klassieke functie ook bij, maar wel in een nieuw jasje. Maak al die functies eigentijds, creëer een gezamenlijk plan met de aanbieders van die diensten en benut de bijbehorende fondsen!’

Tekst: Anne van den Dool

Foto: Albert Kivits

Geef een reactie
Gerelateerde berichten