Lodewijk Asscher is per 1 februari 2022 voorzitter van de raad van toezicht van de OBA. Hij volgt Job Cohen op, die twee termijnen heeft vervuld. Cohen: “Als ik ruim 8 jaar OBA zou moeten samenvatten, is er maar een woord dat bij me opkomt: verandering! Mét een uitroepteken!”
Cohen kende als burgemeester van Amsterdam de OBA al goed en opende in 2007 OBA Oosterdok. “Wat een prachtige plek. Op dat moment de grootste openbare bibliotheek van Europa. Iedereen keek daar vol bewondering naar.” In 2013 trad hij aan als voorzitter.
Bibliotheek in verandering
Cohen heeft de OBA de afgelopen jaren zien veranderen. “Toen ik begon, was het een bibliotheek waar je alleen naartoe ging om boeken te lenen en daarna ging je weer naar buiten. Nu is de OBA steeds meer een essentieel onderdeel van de stad. Van Molenwijk tot Reigersbos en van Javaplein tot Geuzenveld. Bijna een miljoen inwoners hebben bijna 30 bruisende plekken om te leren, te werken én te ontmoeten. Zodat iedereen mee kan doen in onze Amsterdamse samenleving. Dat is echt een enorm grote verandering.”
Nieuwe voorzitter
De raad van toezicht en het bestuur van de OBA denken met Lodewijk Asscher een hele goede opvolger van Job Cohen als voorzitter te hebben gevonden. Asscher heeft als inwoner en voormalig wethouder van Amsterdam een uitstekend beeld van de dynamiek in de verschillende delen van de stad. Het moment waarop hij het stokje overneemt is bijzonder, omdat de gemeente en de OBA intensief samenwerken om het bijzondere netwerk van buurtvestigingen ook in de toekomst veilig te stellen.
Grote maatschappelijke rol
Lodewijk Asscher: “Ik ken de OBA al lang. Wat voelde ik me trots als Amsterdammer dat in mijn stad in 2007 zo’n prachtige bibliotheek aan het Oosterdok werd geopend en wat vind ik het belangrijk dat er ook in alle buurten van Amsterdam een goede bibliotheekvestiging blijft. Ik heb me in de afgelopen jaren als lid van de Tweede Kamer verdiept in de positie van openbare bibliotheken in Nederland en ben onder de indruk van de grote maatschappelijke rol die bibliotheken spelen. Niet alleen in de grote steden maar juist ook in het landelijke gebied. Daarom vind ik het extra mooi dat ik nu als toezichthouder kan bijdragen aan een gezonde toekomst van de openbare bibliotheek in de stad waar ik woon en waar mijn kinderen opgroeien.”