In 2020 was de gemiddelde afstand van een woonadres in Nederland tot de dichtstbijzijnde openbare bibliotheek 2,0 kilometer. Dit is een lichte toename ten opzichte van 2014. Bewoners van Schiermonnikoog woonden met 0,6 kilometer het dichtst bij een bibliotheekvestiging of -servicepunt, en in het Zeeuwse Noord-Beveland was die afstand met 14,4 kilometer het grootst. Dit blijkt uit nieuwe analyses van het CBS met data van de Koninklijke Bibliotheek.
Tussen 2014 en 2020 is de gemiddelde afstand van een woonadres tot de dichtstbijzijnde openbare bibliotheekvestiging of -servicepunt met 0,1 kilometer toegenomen. De grootste stijging vond plaats in de Utrechtse gemeente Montfoort, waar de dichtstbijzijnde bibliotheek in 2020 gemiddeld 5,6 kilometer verder lag dan in 2014, dat is bijna vijf keer zo ver. In Lopik (eveneens Utrecht) nam deze afstand met 4,6 kilometer toe, en in het Brabantse Zundert met 4,1 kilometer. In de Noord-Hollandse gemeente Hollands Kroon daalde de gemiddelde afstand tot een bibliotheek in deze periode met 4,5 kilometer, in het Brabantse Waalre was de daling 3,5 kilometer.
Aantal digitale uitleningen meer dan verdubbeld
De afstand tot een bibliotheekvestiging of –servicepunt mag de afgelopen vijf jaar dan weinig veranderd zijn voor de meeste mensen, tegelijkertijd gaan mensen minder reizen voor hun bibliotheekmateriaal. De uitlening van fysieke boeken daalde van 69 miljoen in 2015 naar ruim 43 miljoen in 2020. Tegelijk steeg het aantal digitale uitleningen van 4 miljoen in 2015 tot 10 miljoen in 2020. Met name het aantal uitgeleende luisterboeken nam de laatste jaren flink toe: van 0,2 miljoen in 2015 tot 2,6 miljoen in 2020. Waarschijnlijk hebben de coronamaatregelen voor openbare bibliotheken in 2020 een rol gespeeld bij de verdere stijging van het aantal digitale uitleningen.
Zie het volledige bericht met alle interactieve tabellen op de pagina van het CBS.