Ingezonden essay: De nieuwe bibliotheek als nieuwe plek

Civic Architects – LocHal Tilburg Foto door Stijn Bollaert

Openbare bibliotheken zijn de ultieme publiek toegankelijke gebouwen van onze tijd en interesseren ons sinds de oprichting van het architectenbureau, toen we startten met ons werk als architect voor de bibliotheek LocHal in Tilburg*. Dat ze juist nú relevant zijn wordt ons regelmatig duidelijk gemaakt in artikelen over de negatieve ontwikkelingen van het niveau van geletterdheid van de Nederlandse bevolking. De sombere feiten resulteren nu in handelingen. Laatst deelde het NRC met het gehele land dat de stad Amsterdam de maximumleeftijd voor het gratis lidmaatschap van de bibliotheek verhoogt en dat er een programma is gestart om 42 nieuwe bibliotheken te bouwen in het hele land.

Tekst: Gert Kwekkeboom, partner / architect Civic Architects

Mooi, eindelijk actie! Maar dit soort berichtgeving ruikt verdacht veel naar bestuurlijk wensdenken. Je kunt iets wel gratis maken of er meer van aanbieden, maar als mensen al geen goede reden hadden om ergens naar toe te gaan, gaan ze er ook niet naar toe als het gratis is. Geloven we echt dat de zogenaamde nieuwe ‘laaggeletterden’ spontaan zin krijgen om de fiets, metro of auto te pakken om naar een bibliotheekgebouw te gaan om beter te leren lezen? Wil de bibliotheek daadwerkelijk maatschappelijk betekenen wat het nu pretendeert te kunnen, dan moet het instituut zichzelf en het aanbod opnieuw uitvinden. En zullen de gebouwen die dit faciliteren ook iets anders moeten zijn dan ze nu zijn, of misschien wel ooit zijn geweest. De huidige transitie naar ‘plek voor ontmoeting’ en ‘huiskamers van de stad’ met een koffiecafé is niet genoeg. Koffie kun je ook in de Starbucks krijgen en in bibliotheken zijn het vooral studenten die elkaar ontmoeten. Die schijnen al best aardig te kunnen lezen. Maar wat kan een bibliotheek dan wél doen om te beantwoorden aan het vraagstuk van geletterdheid? En hoe moeten we de bibliotheken van de toekomst dan vervolgens vormgeven? Wij hebben het ultieme antwoord gelukkig nog niet gevonden, maar willen twee overwegingen inbrengen die voor ons een rol spelen tijdens ontwerpen van openbare bibliotheken.

Gastvrij en uitnodigend
Het moet een plek zijn waar iedereen kan zijn, maar niemand iets verplicht wordt. Gastvrij en uitnodigend, zonder belemmeringen om binnen te gaan, voor geen enkel individu, ongeacht achtergrond. Dat is de ambitie die bibliotheken vaak uitspreken. Maar de stereotypische bibliotheek waar iedereen meteen een beeld bij heeft, met z’n intimiderende boekenzee en het bijbehorende regime van gedragsregels, beantwoordt niet aan die doelen. Deze beknellende traditie doorbreken kan alleen met frisse inspiratie van buitenaf. Zoek inspiratie in andere laagdrempelige publieke plaatsen voor ‘iedereen’, zoals marktpleinen, stadhuizen of misschien zelfs winkelcentra. Of onderzoek wat je allemaal van een genereuze plek als het strand kunt leren: Een gratis plaats waar (bijna) iedereen graag naartoe gaat om er kort of lang te verblijven, die we vrij kunnen betreden en verlaten vanuit verschillende richtingen, wanneer we willen. Waar iedereen zelf vanuit een positie van overzicht de plek zoekt waar hij/zij/hen zich het prettigst voelt. Waar een gevoel van gezamenlijkheid samengaat met de grootst mogelijke individuele vrijheid. Een plek die niet discrimineert naar culturele en maatschappelijke achtergrond. Het is dé ruimtelijke metafoor voor wat de nieuwe bibliotheek wil zijn, dus bouw hem dan ook zo! Wij geloven dat de kern van het succes van de LocHal zit in het feit dat we deze ontworpen hebben is als één overmaats en vrij open landschap van mogelijkheden, zodat het in zekere zin werkt zoals een strand ook werkt.

Aanbod
En wat moet die nieuwe bibliotheek daar vervolgens aanbieden? Bestuurders benadrukken nu dat bibliotheken een sociale gelijkmaker kunnen zijn door positief bij te dragen aan het niveau van geletterdheid. Dat snijdt hout: in het begin van de 20e eeuw heeft de bibliotheek zich bewezen als ware volksverheffer. Dé manier om te weten wat er speelt en jezelf omhoog te werken op de maatschappelijke ladder was in die tijd ‘leren lezen’. Maar is het, nu ons het nieuws wordt voorgelezen door onze earbuds, niet een beetje ouderwets om te denken dat het kunnen lezen ook nú dit gelijkmakende effect gaat hebben? We zijn een eeuw verder en er zijn inmiddels meer vormen van intelligentie gedefinieerd dan die je traint met het lezen van boeken of krantenartikelen. Denk alleen al aan de beheersing van verbale of interpersoonlijke vaardigheden. Deze zijn minstens net zo relevant in het licht van sociale mobiliteit en emancipatie als letterlijke geletterdheid is, en ze zijn mogelijk een geschiktere missie voor de nieuwe bibliotheek om opnieuw gelijkmaker te kunnen zijn. De LocHal-organisatie had het lef om niet de boeken zelf, maar een serie kennis- en vaardighedenlabs de hoofdrol te laten spelen in het gebouw: een tijdlab, woordlab, kooklab en gamelab. Een stemmingmakerij, futurelab en digilab. De boeken zijn dienstbaar aan deze ruimtes geplaatst in het gebouw. De meubelwerkplaats is halverwege het ontwerpproces gesneuveld, maar komt vast nog eens in het gebouw terecht als blijkt dat die een gelijkmakende rol in Tilburg kan hebben.

Gedateerd denken
Dus; bibliotheekdirecties en bibliothecarissen, bestuurders en architecten. Als we willen dat het publieke geld dat vrijgemaakt wordt voor nieuwe bibliotheken ook groot maatschappelijk effect heeft, moeten we ervoor zorgen dat we niet blijven hangen in gedateerd denken over geletterdheid en de vorm van het bibliotheekgebouw. Deze plekken moet daadwerkelijk wat nieuws worden. Zoek ruimtelijke inspiratie op échte publieke plekken en verander het assortiment van soorten kennis. En durf om te laten zien dat het menens is ook direct maar de naam van die plek te veranderen. Wat dat betreft is Amsterdam op de goede weg: de naam ‘OBA Next’ draagt de belofte in zich van een altijddurende zoektocht met een open einde.

Naschrift
* Het ontwerp van het gebouw maakten wij in samenwerking met Braaksma&Roos en InsideOutside, waarna het interieurs verzorgd werd door Mecanoo en studenten van de academie van bouwkunst in Tilburg en Donkergroen.

Gert Kwekkeboom, partner / architect Civic Architects

Gerelateerde berichten