Reactie op het Groeimanifest voor de Bibliotheek van de Toekomst

In het artikel Probiblio presenteert Groeimanifest voor de Bibliotheek van de Toekomst in Bibliotheekblad 7-2022 las u over het toekomstproject project van Probiblio.
Chris Wiersma, (voormalig directeur van de Bibliotheek Groningen, BiSC Utrecht en De Nieuwe Bibliotheek in Almere en tevens juryvoorzitter van de Beste Bibliotheek Award) reageert op het Groeimanifest.

Tekst: Chris Wiersma
Columnisten / bloggers schrijven op persoonlijke titel en weerspiegelen niet noodzakelijkerwijs het standpunt van de redactie.

Een bibliotheek in 2040; groeimanifest voor de bibliotheek van de toekomst, zo heet het resultaat van het lofwaardige initiatief van Probiblio om een denktank van zeven ‘expertgebruikers’ te vragen het perspectief voor de (openbare) bibliotheek te schetsen. Verder zijn twee bibliotheken in gesprek gegaan met hun gebruikers, is er binnen Probiblio over gepraat, hebben 120 studenten van Avans Hogeschool Den Bosch aan het vraagstuk gewerkt en is er op een bijeenkomst in Pakhuis de Zwijger op 28 maart over gesproken. Het resultaat mag er zijn: een goed leesbaar document dat bruikbare lijnen naar de toekomst uitzet. Toch wil ik een paar kanttekeningen plaatsen.

De toekomst
De introductie citeert Marleen Stikker van De Waag Futurelab: ‘De toekomst overkomt je niet. Je máákt de toekomst. Je kunt handelen naar een toekomst die je voor mogelijk houdt.’ Én wenst, zou ik eraan willen toevoegen, want als je geen wensen of idealen hebt voor de toekomst, dan drijf je mee met de stroom en overkomt hij je toch. Wat die wensen zijn voor mens en samenleving lees ik niet in het rapport. Zonder zo’n ideëel fundament kunnen we het volgens mij niet stellen.

Dit is mijn suggestie voor het waarom van de bibliotheek: de bibliotheek is overtuigd van het belang van kansen voor iedereen op persoonlijke ontwikkeling en versterking van zijn maatschappelijke positie. De oplettende lezer herkent hierin artikel 5 van de Wet Stelsel Openbare Bibliotheken. Andere teksten zijn mogelijk, als ze maar een antwoord geven op de vraag wat je wil voor mens en samenleving.

Scenario’s
De introductie belooft scenario’s, maar ze staan er niet in. Wel wordt één vierdelig scenario gepresenteerd. Dit zijn de delen van het scenario voor ‘Een (waarom niet de?) bibliotheek van 2040’: de bibliotheek een thuishaven, voor vaardigheden, voor perspectief en de bibliotheek is een community. Ik zie wel degelijk scenario’s waaruit de bibliotheek een keuze moet maken, een keuze die zich nu al opdringt:

  • Voor iedereen die zich wil ontwikkelen of alleen voor de achterblijvers, voor de mensen aan de verkeerde kant van de tweedeling.
  • Volgzaam ten opzichte van markt en overheid of democratisch – het manifest kiest voor de democratische bibliotheek.

Op basis van deze keuzes kom ik tot vier scenario’s:

  Voor iedereen en volgzaam
Interface voor overheid en Big Tech. Aanvullend op de markt.
  Voor iedereen en democratisch
Centrum voor het ontwikkelen en delen van kennis, vaardigheden en ideeën. Public Space, onafhankelijk en niet commercieel.  
  Voor de achterblijvers en volgzaam
Loket voor overheid, Belastingdienst, UWV etc.
  Voor de achterblijvers en democratisch
Welzijnsinstelling. De wensen van burger en community zijn leidend. Public Space.  

Kennis of vaardigheden
Ook dit rapport haalt weer de tegenstelling tussen kennis en vaardigheden van stal. Ik begrijp die nooit zo goed. Wie een taal spreekt beschikt over een vaardigheid, maar die is gebaseerd op een flinke woordenschat en op de formele of intuïtieve kennis van de grammatica. Het onderscheid is daarom deels kunstmatig. Bovendien, wie veel weet, weet vooral wat hij (nog) niet weet en blijft nieuwsgierig. Hij weet ook dat zijn kennis veroudert en dat hij er wat aan moet doen om bij te blijven. Als je al veel weet, is dat gemakkelijker en leuker. Doorgaans weten de mensen die betogen dat kennis niet zo belangrijk is zelf best veel. Hun eigen kinderen sturen ze het liefste naar een school waar ze veel kennis opdoen.

Het boek verdwijnt
‘De traditionele auteur krijgt meer een status van kunstenaar en bedient een steeds kleiner publiek. Het boek wordt een nostalgisch artefact: iets wat de oudere generaties nog lezen’ – wel fijn dat me dat nog gegund wordt. Dit zou op kunnen gaan voor het literaire boek, maar het boek (fysiek of elektronisch) is nog steeds een geweldige manier om een samenhangend en veelzijdig geheel van kennis en opvattingen bijeen te brengen waarmee het publieke debat wordt gevoed en de politiek beïnvloed. Denk aan zulke uiteenlopende titels als Het einde van de geschiedenis van Francis Fukuyama, De meeste mensen deugen van Rutger Bregman,  of Kapitaal in de 21e eeuw van Thomas Piketty.

Ook hiervoor geldt dat mensen die de dood van het boek vaststellen of voorspellen doorgaans zelf behoorlijk veel hebben gelezen – en ooit een boek gaan schrijven. En dat manifest voor een bibliotheek in 2040, wat is het anders dan een boekje van twintig pagina’s, waarvan je hoopt dat de volgende editie wat dikker is – bijvoorbeeld omdat de in de inleiding genoemde personae wél zijn opgenomen.

Download hieronder het Groeimanifest

Gerelateerde berichten