Minister Slob (onderwijs) reserveert 2,5 miljoen euro in het kader van maatregelen om kinderen in een kwetsbare omgeving extra te ondersteunen nu zij niet fysiek naar school kunnen. Met het bedrag zullen voor leerlingen die thuis geen laptop, pc of tablet tot hun beschikking hebben, laptops aangeschaft worden, zodat zij toch in staat zijn onderwijs-op-afstand te volgen. Ook moet er onder andere voor kinderen in een onveilige thuissituatie buitenshuis onderwijs en begeleiding georganiseerd worden. De minister ziet hier ook een rol voor bibliotheken.
In zijn Kamerbrief over de extra ondersteuning voor kwetsbare leerlingen spreekt minister Slob zijn waardering uit voor het feit dat scholen zo snel uiteenlopende vormen van afstandsonderwijs hebben weten te organiseren, maar geeft hij tevens uitdrukking aan zijn zorgen omdat er daarbij ook kinderen buiten de boot dreigen te vallen, enerzijds omdat ze thuis niet beschikken over de technische middelen (zoals laptops) om mee te kunnen doen en anderzijds omdat er sprake is van een onveilige thuissituatie. Om hiervoor een oplossing te bieden stelt de minister 2,5 miljoen euro ter beschikking zodat het SIVON, een ict-coöperatie van schoolbesturen in het primair en voortgezet onderwijs, zoveel mogelijk laptops aan kan schaffen en distribueren naar het onderwijsveld voor die leerlingen die er zelf geen hebben en voor wie dit niet via de school of de gemeente geregeld kan worden.Daarnaast wijst de minister in zijn brief (pdf) op de noodzaak van extra maatregelen voor leerlingen die thuis meer begeleiding nodig hebben (bijvoorbeeld omdat ouders de Nederlandse taal niet goed beheersen) en voor leerlingen voor wie thuis geen veilige basis is (bijvoorbeeld wanneer er in de thuissituatie sprake is van huiselijk geweld of psychiatrische problematiek van één van de ouders). ‘Voor deze groepen is onderwijs in een schoolse setting van cruciaal belang.(…) Om hen zo goed mogelijk te ondersteunen, krijgen gemeenten de mogelijkheid om samen met scholen, kinderopvang, Veilig Thuis en Jeugdzorg buitenshuis onderwijs en begeleiding te organiseren. Dat kan bijvoorbeeld in de bibliotheek zijn of in een klaslokaal op school. Daar kan een leerling dan heen als het thuis niet meer gaat. De partijen bekijken samen wat voor welk kind nodig en mogelijk is en op welke plek,’ aldus de minister.